Cantecroy Castle
Antwerpen Vlaams Gewest Belgium
castle, chateau
Kasteel Cantecroy
Antwerpen Vlaams Gewest Belgium
castle, chateau
It's origin goes most likely back to a Frankish settlement in the Carolingian time era
Gebouw Dit kasteel is van oorsprong een der oudste kastelen van de provincie Antwerpen en is mogelijk ontstaan uit een Frankisch allodium
Previous names
Cantecroy Castle, Kasteel Cantecroy, Kasteel Cantecroy
Description
It's origin goes most likely back to a Frankish settlement in the Carolingian time era. Arnoldus van Canticrode is mentioned first when he signed a deed in 1239 during the sale of a piece of land. In 1284 it is Welter Volcaert who owns the castle. His son gives the castle to Duke Jan II of Brabant. His youngest son Lauries is knighted after his brave fighting in the battle of Woeringen in 1288. he dies however in the battle of the golden spurs when he fights on the French side. Willem II Berthout buys Cantecroy in 1296. It is this Willem II who erects between 1296 and 1308 the high round keep that would dominate the castle until 1618. His son Wouter van Ranst and his grandson Jan van Ranst become the next owners of the castle. Jan dies without an heir and so his castle go to his brother Costen van Ranst who was succeeded by his oldest son Jan II. His son Jan III transform the castle into a fortified stronghold. Jan III also dies without a direct heir. Eight heirs would fight for a long time about who will get the castle. After a long trial it are Jan IV van Ranst and Hendrik van Ranst who are appointed to take care of the estate. We are in the year 1538 and the castle is property of Hendrik van Pointaillier. He had inherit half of the domain and had bought the other half from Johanna van Ranst. When Hendrik dies his widow is forced to sell the castle. The new owner is Nicolas Perrenot de Granvelle he is Grand marshal of the empire and one of the most influential noble men of Empire Charles V. His oldest son is a brilliant man and he becomes bishop of Atrecht at age 21. The castle was under attack during the iconoclasm of 1566. The attackers were however defeated. Cantecroy was turned into a powerful stronghold by Alva. After the pacification of Gent the Spaniards had to retreat. The regiment in Cantincrode was able to withstand the attacks for a long time but were forced to surrender in 1577. Jan Baptist Maes bought the castle in 1616. He had however lots of debt. The city of Antwerp saw in this an opportunity to take revenge on the mighty castle. They forced Jan Baptist to remove all defending feature and to tear down all towers. At the end he was forced to sell the castle. It was Philip de Godines who bought the castle. By marriage the castle went to Karel de Fiennes bailiff of Brugge. During the guardianship of the Counts of Fiennes from 1655 to 1718 the castle would get its current appearance. After the de Fiennes the castle would go to the family Termeeren until 1823 when they sell the feudalistic castle once again this time to Baron Jozef Renier Osy de Wycken. This important man was one of the persons who would offer the Belgian throne to Leopold van Saksen-Coburg. During the 20th century the castle is in appalling state until madam Rosalie Van Daele buys the castle and restores it with her own means into one of the most beautiful estates of Flanders. Madam Van Daele died a few years ago and the castle is now occupied by her son. What not many people know is that Albert Einstein stayed a while in the castle when he fled for the nazi's. He was waiting in the castle for his visa to move to the USA. http://www.castlebook.com/cantecroy-castle
Gebouw Dit kasteel is van oorsprong een der oudste kastelen van de provincie Antwerpen en is mogelijk ontstaan uit een Frankisch allodium. De oudste delen van het huidige kasteel gaan terug tot de 13e en 14e eeuw. Er is een kapel uit de 15e eeuw, waarvan de voorgevel in de 17e eeuw gewijzigd is. Er is een poortgebouw uit de 15e en de 16e eeuw, een overblijfsel van een ringmuur uit 1576 en een onderbouw met ronde hoektoren van een oudere ringmuur uit ongeveer 1450. Ook is er een oude gotische hoeve en een schandpaal van de plaatselijke vierschaar. De huidige voorgevel stamt van omstreeks het einde van de 17e eeuw, toen de graven van Fiennes het slot bezaten. Dezen hebben ook de huidige tuinen doen aanleggen. Geschiedenis Het wordt voor het eerst vermeld in 1239, toen Arnoldus van Cantincrode een charter ondertekende. In 1284 was er sprake van Welter Volckaert, die tot rentmeester werd aangesteld voor heel het hertogdom Brabant. Ook zijn zoon, Wouter Volckaert, kreeg deze functie. Toen men kritiek had op zijn functioneren droeg deze zijn goederen, waaronder Cantecroy, over aan hertog Jan II van Brabant. In 1296 kwam Cantecroy in bezit van Willem III Berthout, die uit Grimbergen afkomstig was. Deze staat ook bekend als Willem van Berchem. Hij liet tussen 1296 en 1308 de donjon bouwen, welke in 1618 werd gesloopt. Zijn zoon stond bekend als Wouter I van Ranst, deze werd de volgende eigenaar. Hij werd opgevolgd door zijn oudste zoon, Jan I van Berchem, die door huwelijk en aankoop ook heer werd van Edegem, Boechout, Hove, Vremde en Millegem. Nadat hij kinderloos stierf kwamen de goederen aan zijn zoon Costin van Berchem. Diens oudste zoon, Jan II van Berchem, volgde hem op, en daarna diens zoon Jan III van Berchem. Deze liet de burcht tot een vesting ombouwen. Hij was raadsheer van Filips de Goede en Karel de Stoute. Ook Jan III stierf kinderloos. Na de nodige rechtszaken werd het bezit nu gedeeld door Jan van Ranst en Hendrik III van Ranst; de nakomelingen van Costin van Ranst (die huwde met de natuurlijke dochter van hertog Jan III van Brabant), die zelf een zoon was van Wouter II van Ranst, de tweede zoon van Wouter I van Ranst. Uiteindelijk kwam het weer in een enkele hand, want Hendrik van Pontaillier erfde de helft, en kocht in 1538 de andere helft van de toenmalige eigenares, Johanna van Ranst. Doch ook hij stierf kort daarop en zijn weduwe moest het kasteel verkopen. Nicolas Perrenot de Granvelle (1484-1550) werd de nieuwe eigenaar. Deze invloedrijke staatsman werd opgevolgd door zijn zoon, Antoine Perrenot de Granvelle (1517-1586), eveneens een zeer invloedrijk staatsman, die echter in 1564 tot onderkoning van Napels werd benoemd. Max Morillon, de latere bisschop van Doornik, werd toen beheerder. In 1566 werd het kasteel belegerd door beeldenstormers, maar deze aanval werd afgeslagen. Hij had al afstand gedaan ten gunste van zijn zoon Thomas Perrenot de Granvelle (1521-1571). Ook kreeg hij voor elkaar dat Cantecroy met de omliggende dorpen tot graafschap werd verheven. Van de zoons van Thomas stierven er drie op jonge leeftijd, en François Perrenot de Granvelle (1555-1606) werd eigenaar. Ook deze stierf kinderloos. Na de Pacificatie van Gent (1576) werden de koningsgezinden door de prinsgezinden aangevallen en in 1577 moesten ze zich overgeven. Thomas had echter Cantecroy vermaakt aan de zoon van zijn zus Petronella, François-Thomas d'Oiselet (1589-1629). Keizer Rudolf II vond dit alleen goed als Oiselet zou trouwen met zijn natuurlijke dochter, Charlotte van Oostenrijk (1585-1662). In 1616 werd het kasteel gekocht door Jan Baptist Maes. Deze had echter schulden bij de stad Antwerpen en de stad heeft toen alle versterkingen gesloopt. Hij moest Cantecroy weer verkopen en wel aan Philip de Godines. Zijn dochter Philippina trouwde met Karel de Fiennes, die hoogbaljuw van Brugge was. Het geslacht Fiennes verkreeg Cantecroy in 1655 en behield het tot 1718. In deze tijd is het slot verbouwd tot de huidige situatie in Vlaamse renaissancestijl. Vanaf 1718 kwam het slot aan de familie De Termeeren, en in 1823 werd het opnieuw verkocht, nu aan Jozef Renier Osy de Wichem. Deze behoorde tot de afgevaardigden die Leopold van Sachsen-Coburg in 1831 de Belgische troon zouden aanbieden. Nadien waren er nog verschillende bezitters tot het: In 1914 werd het kasteel gekocht door Petrus Franciscus De Groodt-Van Raemdonck; zo kwam het in 1921 in handen van het echtpaar Arthur De Groodt-Juliette Adant. Zij restaureerde het kasteel en bewoonde het tot 1934. In deze tijd kwamen er beroemde gasten en bewoners. De dichteres Alice Nahon bewoonde van 1927 tot 1932 de kapel, en ook Albert Einstein, op de vlucht voor het antisemitisme in nazi-Duitsland, verbleef een tijdje op het kasteel in afwachting van een visum voor de Verenigde Staten. In die periode was het kasteel een centrum van cultureel leven dankzij de vele intellectuelen, kunstenaars, wetenschappers en ook politiekers die er te gast waren. In de tweede helft van de 20e eeuw werd het, verwaarloosde, kasteel gekocht door Rosalie Van Daele, (Antwerpen, 21 februari 1909 - Mortsel, 20 maart 2002) die eigenares was van een winkelketen De Wolmolen. Zij liet het kasteel restaureren, t.t.z. er werden gebouwen aan toegevoegd zoals het er volgens oude tekeningen (16de eeuw) zou uitgezien hebben. Huidige situatie Na het overlijden van Rosalie werd het beheer overgenomen door de Zilver Avenue Participatiemaatschappij, die senioren de mogelijkheid bood te participeren in luxe serviceflats. Toen dit dreigde te mislukken is de Kasteel Cantecroy NV opgericht. De luxe serviceflats werden behouden. Daarnaast bevat het kasteel tegenwoordig een voor publiek toegankelijke foyer, verschillende vergaderzalen, een wellness-centrum en een grand café.
Nearby castles