Mauritshuis
Den Haag Zuid-Holland Netherlands
castle, chateau
Den Haag Mauritshuis
Den Haag Zuid-Holland Netherlands
castle, chateau
The Mauritshuis (Dutch pronunciation: [ˈmʌurɪtsɦœys]; English: Maurice House) is an art museum in The Hague, Netherlands
Het Mauritshuis (officieel Koninklijk Kabinet van Schilderijen Mauritshuis) is sinds 1822 een museum in Den Haag met voornamelijk schilderijen uit de Gouden Eeuw
Previous names
Mauritshuis, Den Haag Mauritshuis
Description
The Mauritshuis (Dutch pronunciation: [ˈmʌurɪtsɦœys]; English: Maurice House) is an art museum in The Hague, Netherlands. The museum houses the Royal Cabinet of Paintings which consists of 854 objects, mostly Dutch Golden Age paintings. The collections contains works by Johannes Vermeer, Rembrandt van Rijn, Jan Steen, Paulus Potter, Frans Hals, Jacob van Ruisdael, Hans Holbein the Younger, and others. Originally, the 17th century building was the residence of count John Maurice of Nassau. It is now the property of the government of the Netherlands and is listed in the top 100 Dutch heritage sites. History In 1631, John Maurice, Prince of Nassau-Siegen, a cousin of stadtholder Frederick Henry, bought a plot bordering the Binnenhof and the adjacent Hofvijver pond in The Hague, at that time the political centre of the Dutch Republic. On the plot, the Mauritshuis was built as a home between 1636 and 1641, during John Maurice's governorship of Dutch Brazil. The Dutch Classicist building was designed by the Dutch architects Jacob van Campen and Pieter Post. The two-storey building is strictly symmetrical and contained four apartments and a great hall. Each apartment was designed with an antechamber, a chamber, a cabinet, and a cloakroom. Originally, the building had a cupola, which was destroyed in a fire in 1704. After the death of Prince John Maurice in 1679, the house was owned by the Maes family, who leased the house to the Dutch government. In 1704, most of the interior of the Mauritshuis was destroyed by fire. The building was restored between 1708 and 1718. In 1774, an art gallery open to the public was formed in what is now the Prince William V Gallery. That collection was seized by the French in 1795 and only partially recovered in 1808. The small gallery space soon proved to be too small, however, and in 1820, the Mauritshuis was bought by the Dutch state for the purpose of housing the Royal Cabinet of Paintings. In 1822, the Mauritshuis was opened to the public and housed the Royal Cabinet of Paintings and the Royal Cabinet of Rarities. In 1875, the entire museum became available for paintings. The Mauritshuis was privatised in 1995. The foundation set up at that time took charge of both the building and the collection, which it was given on long-term loan. This building, which is the property of the state, is rented by the museum. In 2007, the museum announced its desire to expand. In 2010, the definitive design was presented. The museum would occupy a part of the nearby Sociëteit de Witte building. The two buildings would be connected via a tunnel, running underneath the Korte Vijverberg. The renovation started in 2012 and finished in 2014. During the renovation, about 100 of the museum's paintings were displayed in the Gemeentemuseum in the Highlights Mauritshuis exhibition. About 50 other paintings, including the Girl With the Pearl Earring, were on loan to exhibitions in the United States and Japan. The museum was reopened on 27 June 2014 by King Willem-Alexander.
Het Mauritshuis (officieel Koninklijk Kabinet van Schilderijen Mauritshuis) is sinds 1822 een museum in Den Haag met voornamelijk schilderijen uit de Gouden Eeuw. Tot de vaste collectie behoren Meisje met de parel en Gezicht op Delft van Johannes Vermeer, 'Soo voer gesongen, soo na gepepen' van Jan Steen, De stier van Paulus Potter en De anatomische les van Dr. Nicolaes Tulp van Rembrandt van Rijn. Het Mauritshuis is oorspronkelijk een stadspaleis, gebouwd voor Johan Maurits prins van Nassau-Siegen in de 17e eeuw. De architectuur van het gebouw, ontworpen door de schilder-architect Jacob van Campen, is vele malen nagevolgd. Het gebouw aan de Hofvijver is eigendom van de Nederlandse staat en behoort tot de 'Top 100 van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg' uit 1990. Gebouw Bouw De opdrachtgever of bouwheer was Johan Maurits van Nassau-Siegen, in die tijd officier in het Staatse leger, de latere gouverneur-generaal van Nederlands-Brazilië. Dit voormalig stadspaleis werd gebouwd tussen 1633 en 1644 en is ontworpen door Jacob van Campen en zijn assistent Pieter Post. Van Campen liet de bouw over aan Post. De bouw duurde onder meer zo lang omdat Johan Maurits in 1636 voor een periode van ruim zeven jaar naar Brazilië ging en er dus geen haast was. Een ander probleem was de brug, die op de plaats van het huidige gebouw zat. Deze mocht niet worden afgebroken voordat er een nieuwe brug was gebouwd met een nieuwe poort naar het Binnenhof, de huidige Mauritspoort. Het pand werd door Johan Maurits gebouwd uit de opbrengsten van zijn inkomsten als gouverneur-generaal van Nederlands-Brazilië. Een belangrijke inkomstenbron voor de West-Indische Compagnie aldaar was de suikerriethandel, die door Johan Maurits gefaciliteerd en uitgebreid werd door een vaste slavenroute te bewerkstelligen tussen Afrika en de WIC-kolonie. Vanwege de lichtgekleurde gevelstenen en zijn feitelijke inkomsten via de suikerrietteelt werd het stadspaleis ook wel smalend het Suikerhuis genoemd. Bouwstijl Het vierkante gebouw is in Hollands-classicistische stijl en staat bovengronds op een hoge sokkel. De gevel heeft een kroonlijst, aan elke zijde gedragen door een kolossaalorde van Ionische zuilen met de bekende krul in het kapiteel. Het ingezwenkte dak en het gebruik van baksteen is typisch Hollands. Doordat het van natuursteen voorziene middengedeelte iets uitsteekt (een zogenoemde risaliet), lijkt het op een Romeinse tempel. Deze bouwstijl werd vaak gebruikt door aanhangers van Renaissance-idealen. Boven de ramen bevinden zich guirlandes en aan de voor- en achterzijde bevindt zich een fronton, aan de voorzijde voorzien van het familiewapen, aan de achterzijde een in reliëf gebeeldhouwd strijdtoneel van Pieter Adriaensz. 't Hooft. Interieur Het huis werd ingedeeld met op twee verdiepingen aan de linker- en rechterzijde een appartement. Aan de achterzijde, uitkijkend op de Hofvijver kwam op de begane grond en de eerste verdieping een grote zaal. Oorspronkelijk bevatte de zaal bovenin een koepel. Voordat Johan Maurits uit Brazilië terugkwam had hij al tropisch hout naar Den Haag gestuurd voor het trappenhuis. Zelf nam hij nog allerlei kostbaarheden mee zoals huiden, Indiaanse wapens, koralen, opgezette dieren en schilderijen met Braziliaanse onderwerpen (slaven, planten, dorpen). Deze werden in de vestibule en het trappenhuis gehangen. Familieportretten kwamen in de grote zaal aan de achterkant van het huis. In de hal op de eerste verdieping hing hij portretten van leden van koningshuizen. Zijn slaapkamer en werkkamer waren op de eerste verdieping links uitkijkend op de hofvijver. In zijn werkkamer hingen schilderijen over de onafhankelijksstrijd van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden tegen de Spanjaarden. In zijn slaapkamer stond een borstbeeld van de vorst van Brandenburg, zijn werkgever als stadhouder van Kleef. Tuin Het Mauritshuis beschikte aan de voorzijde over een overtuin, die doorliep tot het Huygenshuis en de hoek omliep langs de toenmalige hofgracht. Het stuk grond Aeckerlandt off Reygersborch werd met het octrooi der Staten van 25 februari 1636 aan het Mauritshuis in bruikleen gegeven, mits het onbebouwd en onderhouden bleef. De tuin werd ontworpen door Maurits Post. Daarin bevonden zich een paviljoen, een uitzichtpunt op een kunstmatige heuvel en verschillende standbeelden. Vanuit het Mauritshuis was de tuin door een ondergrondse gang onder de weg door bereikbaar. In 1808 werd deze onderdoorgang vanwege achterstallig onderhoud buiten gebruik gesteld en gedicht. De tuin is in de 19e eeuw bebouwd geraakt met het gebouw voor het Ministerie van Koloniën, het gebouw van de Hoge Raad en de daarvoor in de plaats gekomen uitbreiding van de Tweede Kamer. Hotel van Staat In 1647 verhuisde Johan Maurits naar Brandenburg-Pruisen, waar hij voor de vorst van Brandenburg stadhouder van Kleef werd. Hij maakte daarna alleen gebruik van zijn Haagse stadspaleisje tijdens diplomatieke bezoeken en verhuurde het als een Hotel van Staat voor hoge gasten van de Staten van Holland. In 1660 werd hier een groot feestmaal aan koning Karel II van Engeland aangeboden als onderdeel van de Dutch Gift. Na het overlijden van Johan Maurits in 1679 werd het Mauritshuis gekocht door de Haagse hypotheekhouder Gerrit Maes, die het bleef verhuren aan de staat. Brand in 1704 In 1704 had de Engelse veldheer de hertog van Marlborough enige tijd zijn verblijf gehad in het Mauritshuis, als hotel van staat, toen hij Den Haag bezocht voor overleg inzake de Spaanse Successieoorlog. De avond na zijn vertrek, kort voor Kerstmis, brandde het Mauritshuis geheel uit. Alleen de muren en kelders bleven intact. Er werd door de erven van Maes een loterij georganiseerd om de herbouw te financieren. De herbouw duurde tien jaar en werd voltooid in 1718. De zaal op de begane grond werd ingericht in Lodewijk XIV-stijl met wand- en plafondschilderingen van Giovanni Antonio Pellegrini. De versieringen werden met bladmessing en bladgoud afgewerkt. De ontvangstzaal wordt dan ook de Gouden zaal genoemd. De Staten van Holland huurde het wederom. Gedurende de rest van de achttiende eeuw hield de Hoge Krijgsraad haar zittingen in het Mauritshuis. In 1773 werd er 121 keer vergaderd om te komen tot de nieuwe Psalmberijming van 1773. Ook de Raad der Koloniën vestigde zich er.
Useful information
4.00 EUR/hour 15.50 EUR 0 - 18 years: free Students: 12.50 EUR - WC - Lift mail@mauritshuis.nl - Art museum - Museum shop - Activities and guided tours
-
External links
Nearby castles