Renesse Castle
Antwerpen Vlaams Gewest Belgium
castle, chateau
Kasteel de Renesse
Antwerpen Vlaams Gewest Belgium
castle, chateau
The Castle de Renesse is a castle located in the village of Oostmalle (Malle), in the Campine region of the province of Antwerp (Flanders, Belgium)
Het Kasteel de Renesse (ook Kasteel van Oostmalle) is een kasteel in het centrum van Oostmalle (Lierselei 30), een deelgemeente van de gemeente Malle
Previous names
Renesse Castle, Kasteel de Renesse, Kasteel de Renesse
Description
The Castle de Renesse is a castle located in the village of Oostmalle (Malle), in the Campine region of the province of Antwerp (Flanders, Belgium). It is currently owned by the municipality of Malle.
History
14th century
In 1374 Jan van Harduemont sold his domain in Oostmalle to Costijn van Berchem, a descendant of Arnoldus Berchthout, who lived near Antwerp.
1431â1464: Construction of the first castle by Willem van Berchem
Willem van Berchem, who himself lived at Wommelgem, built a castle at Oostmalle between 1431 and 1464. He was married to Mechtildis Cock van Werdenborgh. Nothing remains of this original castle, and the only remaining visible vestiges are the donjon which now is the articulation point of the castle and the so-called tournament beam which is now placed above the fireplace in the knight room. In 1459 his daughter Elisabeth married Wouter van Hamal, who thereby inherited the Oostmalle domain, and added vast property in Limburg and Liege.
On 30 November 1501, their daughter Anna van Hamal married Frederik van Renesse (b. 13 March 1470), descendant of a Diederick VI, 12th count of Holland and Sophie van Rheinick. He was Drossaard of Diest and Breda, Councilor of Charles V, Holy Roman Emperor and stadtholder of the Netherlands, Zeeland and Friesland. After his death in 1538, he was succeeded by his son Jan van Renesse who married Elisabeth van Nassau, an illegitimate daughter of Henry III of Nassau-Breda, who was an uncle of William the Silent.
1542: Devastation of the Castle
In 1542, William Duke of Guelder rose against Emperor Charles V. His troops were led by Maarten van Rossum, notorious for his pillage of the Campine region. The village of Oostmalle and most of the castle were burned to ashes. Only the main tower of the castle and the church tower of Oostmalle remained intact.
1545â1548: a new castle is built by Jan VIII van Renesse
A new castle was built after the destruction of the original van Berchem castle. The remaining tower was incorporated in the horseshoe-shaped service buildings (neerhof), and a bridge connected the neerhof (E: lesser court) with the opperhof (E: main court). The main building of the castle was built as a square with four towers at each corner. The roof was covered with tiles and the towers with gold coloured slate. Some famous guests who stayed at the castle were emperor Charles V (1545, 1548), Margaret of Parma (1561), Lamoral, Count of Egmont and his wife, William I of Orange-Nassau, to name a few. On 28 July 1561, Frederik van Renesse succeeded his father as Lord of Oostmalle, he married Helena Torck.
The struggle between the Protestant north of the Netherlands and the Spanish-controlled Southern Netherlands, left its marks on the region and Oostmalle suffered severely from the Eighty Years War. The occupation of the castle during the Eighty Years War by soldiers (1538 - 1603) did no good to the state of the castle. Fernando Ălvarez de Toledo, 3rd Duke of Alba even confiscated the property of Frederik van Renesse for a while.
Willem van Renesse, married to Margaretha van der Aa van Renesse, son of Frederik, was the last occupant of the castle. After he died in 1630, the family moved to Elderen in Limburg. In 1700, Count Francis Hyacinthus van Renesse, allowed secretary Peter De Jonghe to live in the service building. Around 1730 Frans Lambrechts van Renesse married Carolina van Breidbach Burrescheim.
1790â1800: Decline and demolition
Over the years, the main building decayed slowly, because of a lack of funding for maintenance and repairs. In 1729, N. Spirlet became scout, stadtholder and steward of Oostmalle. Spirlet did his best to manage the property as well as possible, but eventually, without success. In 1793, the main building of the castle was demolished and between 1778 and 1830 the farm was also destroyed.
1830: The beginning of a new era
On 6 October 1830, Count Clement-Wenceslas de Renesse-Breidbach sold the castle and the domain to Viscount Leonard Pierre Joseph du Bus de Gisignies, who had been commissioner-general of the Dutch East Indies, for the United Kingdom of the Netherlands, and afterwards was appointed Minister of State by William I of the Netherlands.
Léonard du Bus de Gisignies renovated the old service building into a country house with large windows and redesigned the interiors in Empire style. The neighbouring field was transformed into an English garden with distinctive trees such as sequoias. His grandson Bernard Daniel, son of the famous ornithologist Bernard du Bus de Gisignies, would live in the castle and become mayor burgomaster of Oostmalle.
In 1896, Isabelle, the only daughter of Viscount Bernard Daniel du Bus de Gisignies (1832â1917), the oldest du Bus-heir, married Count Maximilian de Renesse-Breidbach. Shortly after the birth of their sixth child, Isabelle died. Maximilian then married Godelieve, the only daughter of Viscount Chretien du Bus de Gisignies (1845â1883), younger brother of Bernard Daniel, and together they had seven children.
1920: Twentieth century, redesign of the castle
After World War I, Maximilian started rebuilding the castle in Flemish Neo-renaissance style. However, construction was stopped after completion of the right-wing of the castle. The 16th century left-wing remained as it was, but was no longer used to live in.
During both World War I and World War II, the German military occupied the castle. On 15 March 1941 a British bombardment destroyed part of the left wing of the castle. Towards the end of the war, in 1944, the castle was used by British and Canadian forces as a hospital. The tornado which devastated Oostmalle on 25 June 1967, spared the castle but the damage in the park remains visible until today. Count Thierry de Renesse-Breidbach, who had been mayor of Oostmalle since 1933, died on 24 October 1973. Ever since his marriage with Clara Van Gelder, he no longer lived at the castle and had been contemplating selling the castle to the village of Oostmalle. It took until after the union of Oostmalle and Westmalle in 1977, before the castle was acquired by Malle.
On 16 May 1983 the castle and the domain were acquired by the municipality of Malle. Since 25 March 1985, the castle and its surroundings have been owned by Domein de Renesse a non-profit organization responsible for the administration of the castle, and is now being used as a museum, for cultural activities and concerts.
Het Kasteel de Renesse (ook Kasteel van Oostmalle) is een kasteel in het centrum van Oostmalle (Lierselei 30), een deelgemeente van de gemeente Malle. Bij het kasteel hoort een groot park. Het geheel wordt Domein de Renesse genoemd.
Geschiedenis
De oorspronkelijke burcht werd in de 15e eeuw gebouwd door Willem van Berchem. In 1542 werd deze burcht verwoest door Maarten van Rossum. Jan van Renesse bouwde enkele jaren later het huidige kasteel en de bijgebouwen. Bouwmeester was Hendrik Lambrechts. Heel wat belangrijke personen kwamen er op bezoek, zoals keizer Karel V, Willem de Zwijger en Margaretha van Parma.
De daaropvolgende eeuwen werd het kasteel meermaals geplunderd en gebruikt als verblijfplaats voor strijdende troepen. Ten slotte raakte het in verval. In 1793 werden het opperhof en de hoeve afgebroken.
In 1830 verdween de familie de Renesse uit het kasteel: graaf Clément de Renesse-Breidbach verkocht het geheel aan burggraaf Leonard du Bus de Gisignies. Deze liet de dienstgebouwen ombouwen tot een landhuis. Hij breidde het gehele domein ook uit en liet in het park een Engelse tuin aanleggen. Onder meer de mammoetbomen werden toen aangeplant. Zijn zoon Bernard Amé du Bus de Gisignies en kleinzoon Bernard du Bus de Gisignies beheerden het domein verder. Bernard du Bus de Gisignies werd burgemeester van Oostmalle. Zijn dochter Isabelle huwde in 1896 met graaf Maximilien de Renesse-Breidbach. Zo kwam het kasteel terug in handen van de familie de Renesse.
In 1920 werd het kasteel gerenoveerd in Vlaamse neorenaissancestijl. In 1941 werd een deel van de westelijke vleugel stuk gebombardeerd door de Britten. Dit deel werd niet gerestaureerd.
Later werd graaf Thierry de Renesse eveneens burgemeester van Oostmalle. Na zijn dood in 1973 begonnen onderhandelingen over de aankoop van het kasteel door de gemeente. In 1983 kocht de gemeente het kasteel en een deel van het domein. Het Vlaams Gewest kocht de resterende 33 hectare. In 1985 werd het beheer van het kasteel en het hele domein overgedragen aan de speciaal daarvoor opgerichte vereniging zonder winstoogmerk Domein de Renesse. Sinds 1982 is het kasteel beschermd als monument.
Vzw Domein de Renesse
De vzw Domein de Renesse bestaat volledig uit vrijwilligers. Ze geeft een driemaandelijks tijdschrift genaamd âRenesse Koerierâ. Het kasteel is alleen nog bewoond door een kasteelbewaarder, en kan gehuurd worden voor allerlei feestelijkheden en tentoonstellingen. Wekelijks worden op zondag rondleidingen gegeven en er is een drankgelegenheid gevestigd in het kasteel die enkel op zondagnamiddag open is.
Het domein
Het domein is ongeveer 60 ha groot en omvat naast twee bewegwijzerde wandelingen (het Wolfkapelpad en het De Renesse-Salphenpad) een aantal waardevolle elementen:
Sequoia's
Op het domein staan drie sequoia's of mammoetbomen. Deze werden in de 19e eeuw aangeplant. Vanaf 2010 is de boom achter het kasteel beschermd als monument. Het is de dikste en mogelijk ook grootste mammoetboom in Vlaanderen.
IJskelder
In het park de Renesse bevindt zich een ijskelder, gebouwd in 1835. Deze diende om ijs te bewaren gedurende het gehele jaar. Vroeger mochten ook inwoners van Oostmalle er ijs komen halen als ze een doktersbriefje konden voorleggen. De ijskelder is nu een verblijfplaats voor vleermuizen en wordt beheerd door Natuurpunt Voorkempen. De kelder is sinds 2003 beschermd als monument.
Koetshuis
Het koetshuis werd gebouwd in 1830 en in 1932 grondig aangepast. Het kreeg een beschermde status in 2003. In een deel van het koetshuis is de heemkundige kring van Malle gehuisvest.[8] In het overige deel wordt een brasserie uitgebaat.[9] Voor het koetshuis staat het beeld De wandelaar van de in Malle wonende en werkende kunstenares May Claerhout.
Rentmeesterwoning
De rentmeesterwoning, Lierselei 32, werd in 1882 gebouwd in opdracht van Bernard du Bus de Gisignies. De woning is gebouwd in neorenaissancestijl, met bakstenen en speklagen in zandsteen. De rentmeesterwoning werd beschermd in 2003.
Boswachterswoning
De boswachterswoning, Lierselei 84, werd gebouwd in 1908. Achter de woning staat een schuurtje met een bakoven. Ook de boswachterswoning werd in 2003 beschermd.
Portierswoning
De portierswoning, Antwerpsesteenweg 58, werd vermoedelijk gebouwd rond 1880 in dezelfde stijl als de rentmeesterwoning. De woning ligt tegenover het kasteeldomein en had vermoedelijk een toezichtfunctie. In 2003 werd het samen met verschillende andere gebouwen beschermd.
Nearby castles
Het Zoerselhof in Zoersel
Antwerpen
5.0km
castle, chateau
Hof d'Intere
Antwerpen
5.8km
castle, chateau
Kasteel Borrekens
Antwerpen
10.3km
manor, mansion
Kasteel Hof van Liere
Antwerpen
11.1km
manor, mansion
Kasteel van Hoogstraten
Antwerpen
11.9km
manor, mansion
Gravenwezel Castle
Antwerp
11.9km
castle, chateau
Vrieselhof in Oelegem
Antwerpen
12.3km
castle, chateau